Gjør som tusenvis av andre bokelskere
Abonner på vårt nyhetsbrev og få rabatter og inspirasjon til din neste leseopplevelse.
Ved å abonnere godtar du vår personvernerklæring.Du kan når som helst melde deg av våre nyhetsbrev.
Er is veel bekend over de ziekte diabetes. Maar hoe is het om dag in dag uit te leven met de ziekte? En hoe kunnen kinderen, ouders en behandelaars (beter) samenwerken om het leven met diabetes zo aangenaam mogelijk te maken? Christine Dedding studeerde medische antropologie aan de Universiteit van Amsterdam. In haar onderzoeken staan onderwerpen op het raakvlak van antropologie en geneeskunde centraal. Haar interesse gaat vooral uit naar de vraag hoe mensen hun leven met een ziekte vormgeven en naar de samenwerking tussen patienten en behandelaars. Door kinderen met diabetes zelf in het onderzoek te betrekken, kreeg zij diepgaand inzicht in de beleving van kinderen, het 'ziekenwerk' dat zij verzetten in het leven van alledag, de problemen die zij ervaren, de mate waarin kinderen en volwassenen met elkaar willen en kunnen samenwerken en de vraag wat een goede samenwerking in de weg staat. In 'De mondigheid van kinderen uit zich vaak in stilte' staan de perspectieven en ervaringen van kinderen centraal. Het boek biedt behandelaars een nieuwe ingang om te reflecteren op de zorg voor kinderen in hun eigen praktijk. Ouders en mensen die zelf diabetes hebben, vinden ongetwijfeld veel herkenning in de verhalen van kinderen. 'Ik denk dat jij als niet-diabeet heel dicht ben gekomen bij echt begrip van wat het is om diabetes te hebben, voor een kind en ook voor een volwassene'. 'Ik zie voornamelijk overeenkomsten met mijn eigen belang als volwassen diabeet. Dat betekent dat kinderen uitstekend in staat zijn om te zeggen wat belangrijk voor hen is, en waar het aan schort'. Direct herkenbaar zijn: het leven met diabetes als 'ziekenwerk', ofwel een continue, zware klus waar je nooit vrij van hebt; diabetes als 'kooi die met je meegaat'; artsen weten niet hoe het is om ermee te leven; overig onbegrip in de omgeving; de lastige balans tussen het medisch-technisch optimum- lage HbA1c- en een prettig sociaal functioneren; de frustratie bij slechte waarden; (zelden uitgesproken) zorgen over de toekomst; en moeders die het meeste werk doen.... (H.K., zelf ervaringsdeskundige en ouder van een kind met diabetes).
Een likdoorn, ook wel eksteroog genoemd, is een veelvoorkomende en pijnlijke klacht aan de voet. Likdoorns ontstaan door een naar binnen groeiende eeltplek. Een zorgvuldige behandeling door een pedicure kan de klachten aanzienlijk verzachten en vaak zelfs geheel doen verdwijnen. De uitgave Likdoorns, deel uit de Praktijkreeks Voetbehandeling, verschaft inzicht in de oorzaak, het ontstaan, de gevolgen en de behandeling van likdoorns.De auteur behandelt de opbouw van de huid en bespreekt de verschillende soorten likdoorns en de mogelijke oorzaken. Ze gaat in op verschillende onderzoeken, zoals anamnese, inspectie en blauwdrukken, waarmee de oorzaak kan worden vastgesteld. Aan de hand van helder opgebouwde casussen uit de praktijk wordt ten slotte het behandeltraject voor de verschillende soorten likdoorns uiteengezet.
Dit praktijkgerichte boek bespreekt de meest voorkomende schouderaandoeningen aan de hand van concrete patiëntencasuïstiek. Veel orthopedische aandoeningen van het schoudergewricht hebben op een of andere manier te maken met het (dis)functioneren van de rotatorcuffmusculatuur. Beschreven worden - onder andere - het impingementsyndroom, schouderinstabiliteit, rotatorcuffdegeneratie, peesrupturen, de tendinitis calcarea en de frozen shoulder. Negen casuïstiekbeschrijvingen geven een concreet beeld van de klachten, symptomen, diagnostiek en therapeutische mogelijkheden bij patiënten met schouderklachten. Relevante achtergrondinformatie wordt uitgebreid besproken en is gebaseerd op actuele wetenschappelijke inzichten. De tekst is rijk geïllustreerd met educatieve tekeningen en foto's.
Een stralende glimlach is je beste visitekaartje. Het is dan ook niet vreemd dat er veel belangstelling is voor (nieuwe) mogelijkheden om een gebit te verfraaien. De complete make-overs uit TV-programma's scheppen hoge verwachtingen. Zou zo'n prachtige rij tanden ook voor jou zijn weggelegd? Wat komt daar dan bij kijken? Wat is een veilige manier om je tanden te bleken? Hoe moet je eigenlijk je gebit verzorgen voor een optimaal resultaat?Een stralende lach geeft antwoord op dit soort vragen. Het beschrijft de perfecte mondverzorging vanaf de keuze van een tandenborstel tot de juiste manier van flossen en het gebruik van een tongschraper. Het geeft een realistisch beeld van de huidige mogelijkheden op het gebied van esthetische tandheelkunde.Een stralende lach is geschreven in heldere taal en maakt tandheelkundige vaktermen begrijpelijk. Iedereen die zijn glimlach voor zich wil laten werken, zal jarenlang plezier hebben van deze praktische vraagbaak.Dit boek is bestemd voor het algemene publiek, tandartsen, mondhygiënisten en tandartsassistenten.
NLD is de Engelse afkorting van Non¿verbal Learning Disabilities, in het Nederlands 'non¿verbale leerstoornissen'. Kinderen met NLD kunnen informatie beter verwerken wanneer ze die horen dan wanneer ze die moeten zien of voelen. Vijf procent van de kinderen in het basisonderwijs heeft NLD.NLD op schoolOp school uit NLD zich vaak in specifieke leerproblemen: een onverklaarbaar verschil tussen goede prestaties bij technisch lezen en spellen en steeds slechtere prestaties bij rekenen en begrijpend lezen. In de dagelijkse praktijk vallen kinderen met NLD op doordat ze verbaal sterk zijn. Ook zijn ze nogal eens onhandig, gaat het met vriendjes niet altijd goed en vermijden ze onbekende situaties. BegeleidingOm uitval te voorkomen is het belangrijk om kinderen met NLD vroeg te signaleren en te begeleiden. Kinderen met NLD hebben een hele eigen leerstijl: eerst het raatje, dan het plaatje. Leerkrachten kunnen in de klas rekenin g houden met hun specifieke manier van informatie verwerken. Theorie en aanpakIn het eerste theoretische deel wordt de kenmerkende ontwikkeling beschreven. Het tweede praktische deel gaat over de begeleiding en de leermaterialen waarmee de tekorten kunnen worden aangepakt.
Het skelet van een kind verschilt essentieel van dat van een volwassene: het heeft de eigenschap dat het nog groeit. De skeletgroei heeft als keerzijde dat de groeicapaciteit van het botweefsel ten koste van de stevigheid gaat. Daardoor krijgen kinderen vaak aandoeningen en letsels die met de kwetsbaarheid van hun skelet samenhangen. Aangezien sportende kinderen hun skelet meer belasten, lopen zij een verhoogd risico op blessures die hiermee verband houden. In dit boek wordt de pathologie van het jeugdige skelet op een overzichtelijke manier uiteengezet. Bijzondere aandoeningen van het bewegingsapparaat bij kinderen worden op een uiterst toegankelijke en praktijkgerichte wijze gepresenteerd. Dit wordt bereikt door het beschrijven van concrete patiëntencasuïstiek, het tonen van (röntgen)foto"s en schematisch getekende, kleurrijke illustraties.
Nu behandelingen met implantaten steeds meer voorkomen, is theoretische en praktische scholing van mondhygiënisten op dit gebied een dringende behoefte.Implantaten en prothetische constructies beschrijft beknopt het hele traject van een behandeling met implantaten: van het opstellen van het behandelplan tot en met de nazorg. Uitgangspunt is de behandeling van een edentate onderkaak met een overkappingsprothese op implantaten, maar ook de bovenkaak en gedeeltelijk tandeloze kaken krijgen aandacht.Met de kennis die aan de hand van dit boek wordt opgedaan, is het mogelijk de orale weefsels en de implantaten met de daarop vervaardigde prothetische constructies onder controle te houden en patiënten met orale implantaten te begeleiden bij de benodigde zelfzorg.Deze publicatie is bestemd om mondhygiënisten de nodige basisinformatie te geven over de relevante aspecten van de orale implantologieDeze publicatie is bestemd om mondhygiënisten de nodige basisinformatie te geven over de relevante aspecten van de orale implantologie
Alle essentiële informatie voor het uitvoeren van de afzonderlijke taken van de assistent wordt op overzichtelijke, eenduidige wijze en stapsgewijs gepresenteerd.Zelfstandige (be)handelingen deel 3 uit de praktijkreeks behandelt de volgende onderwerpen: veilige en praktische toepassing van (digitale)röntgenopnametechnieken; omgaan met pijnklachten van intake tot behandeling, inclusief administratieve verwerking inleidend hoofdstuk over preventie en behandeling van medische noodsituaties.De Standby praktijkreeks is geheel op de praktijk gericht. Met behulp van fotoseries worden de klinische handelingen duidelijk weergegeven. Casuïstiek maakt een belangrijk deel van de tekst uit om tekst en beeld te laten "leven".Inhoudsopgave: (Digitale) röntgenfoto"s, Pijn klachten, Medische noodsituaties in de tandheelkundige praktijk.
Zelfstandige (be)handelingen deel 2 uit de praktijkreeks behandelt de volgende onderwerpen: Aanbrengen van sealants (met duidelijk voorbereidende oefeningen) Theorie en praktijk van cofferdam Aanbrengen van matrices en wiggen Aanbrengen van matrices en wiggen Klinische toedieningswijze van fluoride(lak) Standby PraktijkreeksDe reeks is geheel op de praktijk gericht. Voor uitleg wordt behalve van tekst veel gebruikgemaakt van kleurenafbeeldingen. Casuïstiek maakt een belangrijk deel uit van de tekst om het geheel meer te laten 'leven'. Bestemd voor de beginnende tandartsassistent, maar ook voor de meer ervaren assistent. In de Standby praktijkreeks zullen meerdere deeltjes verschijnen Inhoudsopgave: De wettelijke basisErgonomieTandheelkundige gezondheidsvoorlichting en opvoedingFluorideapplicatieSealantsCofferdamWiggen en matricesGebitsafdrukken
Inhoudsopgave (112 KB) Proefhoofdstuk (298 KB) Zelfstandige (be)handelingen deel 1 uit de Standby praktijkreeks behandelt de volgende onderwerpen: Persoonlijke verantwoordelijkheden volgens de Wet BIG Uitgebreide informatie over ergonomie als basis voor een gezonde werkwijze Praktische invulling van het begrip TGVO Praktische invulling van het begrip TGVO Vervaardigen van gebitsafdrukken Standby Praktijkreeks De reeks is geheel op de praktijk gericht. Voor uitleg wordt behalve van tekst veel gebruikgemaakt van kleurenafbeeldingen. Casuïstiek maakt een belangrijk deel uit van de tekst om het geheel meer te laten 'leven'. Bestemd voor de beginnende tandartsassistent, maar ook voor de meer ervaren assistent. Inhoudsopgave: De wettelijke basis Ergonomie Tandheelkundige gezondheidsvoorlichting en -opvoeding Fluorideapplicatie Sealants Cofferdam Wiggen en matrices Gebitsafdrukken
Het casusboek Chirurgie biedt de student geneeskunde inzicht in het medisch denken en handelen van diverse chirurgen in academische en algemene ziekenhuizen in Nederland aan de hand van 68 casussen rondom chirurgische overwegingen voor of tijdens hun operaties. De redactie van Chirurgie bestaat uit heelkundigen met ieder een specifiek chirurgisch aandachtsgebied. De gedrevenheid om de chirurgie op een patiëntgerichte wijze te onderwijzen, is de bindende factor van de redactie. De auteurs beschouwen de patiënt, met diens eigen verhaal en observaties, samen met de vakkennis van de chirurg als de grondslag van het chirurgisch denken en handelen. De lezer wordt met deze probleemgerichte benadering vertrouwd gemaakt en bij elke casus langs probleemlijsten en de differentiële en aanvullende diagnose naar de uiteindelijke chirurgische behandeling geleid. Het boek is primair voor het medisch curriculum bedoeld.
Dit boek beschrijft de uitgangspunten bij de diagnostiek en behandeling van de pre-edentate patiënt en van de langdurig edentate patiënt. Er wordt aandacht besteed aan de toepassing van overkappingsprothesen op natuurlijke elementen alsook op implantaten, waarbij de klinische en tandtechnische procedures ruimschoots aan bod komen. De nadruk ligt echter vooral op de vraag waarom een bepaalde methodiek wordt toegepast. De vele klinische afbeeldingen maken De overkappingsprothese tot een heldere en overzichtelijke uitgave.
De gynaecologie beslaat een domein dat grote technische vaardigheid vereist om adequate diagnostiek en behandeling te kunnen bieden. Gynaecologie is verder bij uitstek een discipline waarin zowel de arts-patientrelatie als de anamnese en het onderzoek vervlochten zijn met de intimiteit en het eigen functioneren van de arts als persoon. In Gynaecologie wordt uitvoerig op deze aspecten ingegaan.Gynaecologie is opgebouwd uit vijf delen. Het eerste deel geeft in drie hoofdstukken een overzicht van anatomie en fysiologie, anamnese en lichamelijk onderzoek, en epidemiologische gegevens. De auteurs beperken zich tot die aspecten die voor het consult in het gynaecologisch domein relevant zijn. Het tweede deel behandelt in verschillende hoofdstukken klachten die door de patiënte direct in de gynaecologische sfeer worden gebracht: acute en chronische buikpijn, dyspareunie, abnormale genitale afscheiding, vulvaire jeuk en verzakkingsgevoel. Daarna volgt een deel over cyclusgerelateerde klachten: premenstruele klachten, uitblijven van de menstruatie,abnormaal vaginaal bloedverlies en overgangsklachten. Het vroegtijdig opsporen van oncologische problemen is onderwerp van het volgende deel: optimale cervixscreening en borstonderzoek. Beide hoofdstukken beperken zich tot de opsporing, aangezien verdere behandeling door een gynaecologisch of chirurgisch-oncologisch team zal plaatsvinden. Relationele aspecten in het gynaecologisch domein vormen het onderwerp van het laatste deel: anticonceptie, tijdelijk of definitief, ongewenste infertiliteit en seksueel overdraagbare aandoeningen.In dit boek worden klachten en vragen die in het gynaecologisch domein frequent voorkomen, casuïstisch gepresenteerd. Het vertrekpunt bij de behandeling van de onderwerpen is steeds de klacht van de patiënte zoals deze zich in de huisartsenpraktijk voordoet. Het resultaat staat daarom ver af van het klassieke leerboek en is praktijkgericht. Gynaecologie kan bijdragen aan de kwaliteitsverbetering en toetsing van het eigen beleid.Gynaecologie verschijnt in de reeks Praktische huisartsgeneeskunde. In deze reeks verschijnen uitgaven met praktische en klachtgerichte informatie over de verschillende deelgebieden van de huisartsgeneeskunde.
Klachten en ziekten van kinderen zijn voor hun ouders vaak een bron van zorg enongerustheid. Is er sprake van een onschuldige kwaal of heeft het kind misschien een ernstige ziekte? Door hun verantwoordelijkheidsgevoel zijn ouders geneigd aan te dringen op specialistische zorg voor hun kind. Aan de huisarts de uitdaging om tussen de milde kwalen de chronische en levensbedreigende aandoeningen tijdig op te sporen en adequate zorg te bieden aan kind en ouder.Hoe duidt u de klachten van kinderen? Etiologie en pathofysiologie wijken af van die van volwassenen. Bovendien uiten kinderen hun klachten op een andere manier. Kindergeneeskunde biedt op kernachtige wijze de nodige praktische handvatten voor diagnose en behandeling van kinderen. Het uitgangspunt daarbij is niet zozeer de aandoening van het kind, maar zijn of haar klacht en de bijbehorende casuïstiek.Kindergeneeskunde is opgebouwd uit vijf delen: een algemeen deel, een klacht- en ziektegericht deel, een deel over spoedeisende problemen, een vierde deel met veelvoorkomende ziekten op de kinderleeftijd en tot slot een deel over interdisciplinaire samenwerking.Kindergeneeskunde is opgebouwd uit vijf delen: een algemeen deel, een klacht- en ziektegericht deel, een deel over spoedeisende problemen, een vierde deel met veelvoorkomende ziekten op de kinderleeftijd en tot slot een deel over interdisciplinaire samenwerking.Kindergeneeskunde verschijnt in de reeks Praktische huisartsgeneeskunde, In deze reeks verschijnen uitgaven met praktische en klachtgerichte informatie over de verschillende deelgebieden in de huisartsgeneeskunde.
Het Handboek Beeldende Therapie geeft voor het eerst in zestig jaar beroepsuitoefening een overzicht van de Nederlandse beeldende therapie. Beschreven worden de belangrijkste bestaande visies, methoden en methodieken.Deel 1 geeft informatie over de achtergronden van het beroep: de geschiedenis en theoretische kaders.Deel 2 is gericht op de methodische beroepsuitoefening in de praktijk.Deel 3 handelt over voorwaarden voor professionaliteit, zoals facilitering en maatschappelijke positionering en onderbouwing van het professioneel handelen door middel van onderzoek.Het boek en bijbehorende DVD bieden ondersteuning voor docenten en studenten van de hböopleiding tot beeldend therapeut. Daarnaast is het een naslagwerk voor de beroepsbeoefenaar. Er zijn veel literatuurverwijzingen opgenomen voor nadere bestudering van onderwerpen waar de lezer in geïnteresseerd is.Het verkregen overzicht in dit handboek, draagt bij tot een eenduidiger en steviger beroepsbeeld. Ook heeft dit overzicht bijgedragen tot nieuwe inzichten op het vakgebied over mogelijke en noodzakelijke verdere ontwikkelingen in het beroep.
René van Kralingen werkt als docent in het hoger beroepsonderwijs. In dit boek beschrijft hij op een boeiende manier zijn ervaringen in het onderwijs. Hij ervaart het docentschap als een indringend beroep. Over zijn eigen onderwijsprestaties is hij niet snel tevreden.Ondanks het zelfsturende vermogen van studenten voelt hij zich sterk verntwoordelijk voor het onderwijsleerproces. Studenten hebben volgens hem niet voor niets collegegeld betaald en hebben daardoor recht op goed onderwijs.De ambitieuze houding van de auteur komt echter niet alleen voort uit een verantwoordelijkheidsgevoel voor studenten. Het gaat hem ook om de nodige waardering van studenten, collegäs en managers. Hij wil door zijn omgeving gewoon goed worden gevonden. Zijn onderscheidingsdrang en didactische onteveredenheid bieden stof voor een groot aantal cases in dit boek.Situaties die René van Kralingen langdurig hebben beziggehouden, in positieve en negatieve zin van te leren, maar tevens om collegäs op idee te brengen. De cases uit de dagelijkse onderwijspraktijk gaan onder meer over een eenzame inwerkperiode, mooie studentes. foute werkvormen, onbeoordeelbare toetsen, rare portfoliogesprekken, weinig transparante eindbeoordelingen en nog veel meer.Van Kralingen beschrijft een breed spectrum aan ervaringen binnen en buiten de hogeschool. Dit boek geeft echter niet alleen ervaringen weer. Op elke situatie wordt grondig teruggeblikt. De tips richten zich op de essentie van het probleem en maken een betere aanpak mogelijk.
Van oudsher was een apothekersassistente niet meer dan het hulpje van de apotheker. De apotheker wist alles, kon alles en besliste alles wat er in de apotheek gebeurde. Apothekersassistenten vormen tegenwoordig echter een onmisbare schakel in de organisatie van de apotheek. Om de dienstverlening in de apotheek te verbeteren hebben zij er een aantal belangrijke taken bij gekregen. Een van die kerntaken is logistiek en voorraadbeheer. In Voorraadbeheer en logistiek staat deze kerntaak centraal. Eerst wordt uitgebreid ingegaan op het begrip 'logistiek': alles wat te maken heeft met het plannen en organiseren van geneesmiddelenstromen, het magazijnbeheer en het transport van medicijnen. Daarna komen de verschillende facetten van voorraadbeheer aan bod. Hoeveel geneesmiddelen zijn er in voorraad? Hoe vaak worden deze besteld en in welke hoeveelheid? Hoe snel kan een geneesmiddel worden geleverd? Hoe houd je een optimale balans tussen de voorraad en het aantal bestellingen? De auteur gaat op al deze vragen in en besteedt daarbij ruime aandacht aan onder meer kostenbeheersing, automatische bestelsystemen en de indeling van de apotheek.
Inclusief CD met muziekfragmenten Hét standaardwerk voor de muziektherapeut Evidence based practice voor de behandeling van psychische stoornissen, problemen en beperkingen Sinds de verschijning van de eerste editie van het Handboek muziektherapie in 1995 hebben de ontwikkelingen op dit vakgebied elkaar in hoog tempo opgevolgd. Zowel nationaal als internationaal zijn er veel nieuwe praktische en theoretische inzichten ontstaan. Dat heeft geleid tot deze geheel vernieuwde editie van het Handboek muziektherapie.Sinds de verschijning van de eerste editie van het Handboek muziektherapie in 1995 hebben de ontwikkelingen op dit vakgebied elkaar in hoog tempo opgevolgd. Zowel nationaal als internationaal zijn er veel nieuwe praktische en theoretische inzichten ontstaan. Dat heeft geleid tot deze geheel vernieuwde editie van het Handboek muziektherapie.Verscheidene muziektherapeuten, ieder met een specialisatie op het gebied van een bepaalde stoornis of binnen een bepaald werkveld, hebben aan het boek meegewerkt. Deze gebundelde kennis zorgt ervoor dat het Handboek muziektherapie een goed overzicht van theorie, praktijk en onderzoek biedt.Het boek is opgebouwd uit drie delen. Deel I bevat het model van indicatiestelling, gaat in op verschillende vormen van onderzoek en multidisciplinaire richtlijnontwikkeling en geeft een overzicht van theoretische modellen. Deel II heeft betrekking op de methodische kant van de indicatiestelling en bevat hoofdstukken over onder meer receptieve en actieve muziektherapie, doelen en werkvormen. Deel III, ten slotte, vormt de kern van het boek. De eerder behandelde theorie wordt hierin op de praktijk afgestemd. Aan de hand van cases die zijn ontleend aan de eigen praktijk van de auteurs, wordt telkens één stoornis, probleemgebied of werkveld centraal gesteld.
De informatie¿uitwisseling tussen arts en patiënt schiet nogal eens tekort, met nadelige consequenties voor de kwaliteit van de medische zorg tot gevolg. Diagnosen worden onjuist of te laat gesteld, verwijzingen zijn overbodig of behandeladviezen worden niet opgevolgd door ontevredenheid van patienten. Anamnese en advies, richtlijnen voor de informatie¿uitwisseling tussen arts en patient is geschreven om een bijdrage te kunnen leveren aan de verbetering van de informatieuitwisseling tussen arts en patiënt. Deze informatie¿uitwisseling heeft betrekking op het gesprek tussen arts en patient, zoals zich dat afspeelt in het consult van de patient bij de huisarts, in het bezoek van de patient aan de specialistische polikliniek, en in de vele ¿soms incidentele¿ contacten met artsen en specialisten tijdens het verblijf van de patiënt in het ziekenhuis. In deze derde, herziene druk van Anamnese en advies zijn herzieningen aangebracht op die punten waar de aard van de gespreksvoering veranderd is ten gevolge van recente ontwikkelingen in de geneeskunde en de maatschappij. Te denken valt hierbij aan de zogenaamde 'mondige' patiënten en de verbreiding van medische kennis onder de bevolking. Nieuw is ook het laatste hoofdstuk, waarin in het aanbevolen gespreksmodel in verband wordt gebracht met de vraag: 'Wat is eigenlijk de grondhouding waarmee de arts zijn beroep wil uitoefenen?'.
Abonner på vårt nyhetsbrev og få rabatter og inspirasjon til din neste leseopplevelse.
Ved å abonnere godtar du vår personvernerklæring.